Page 39 - flemenkce
P. 39
tolerantie voor een breed scala aan omgevingsfactoren, korte levenscycli, hoge
voortplantingssnelheid en uithoudingsvermogen en weerstand tijdens hantering [28]. Eisenia
fetida wordt hiervoor overal ter wereld gebruikt, omdat het alomtegenwoordig is, een breed
temperatuurbereik kan verdragen en kan leven in afval met een goed vochtgehalte [29, 30].
Eudrilus eugeniae en Perionyx excavatus zijn de andere veelgebruikte wormen. Eudrilus
eugeniae is groot, groeit snel maar kan slecht tegen temperatuurschommelingen. Daarom kan
deze worm gebruikt worden in gebieden met minder temperatuurschommelingen (tropische
gebieden).
Figuur 7. Regenwormen, a) Eudrilus eugeniae, b) Eisenia fetida
Regenwormen groeien het best op gemakkelijk gemetaboliseerd organisch materiaal en niet-
geassimileerde koolhydraten, die ook hun voortplanting ondersteunen. Er was een positieve
correlatie tussen het gehalte aan vluchtige vaste stoffen in het afval en de groei en voortplanting.
De groei van regenwormen vertraagt wanneer de C:N-verhouding en de temperatuur hoog zijn.
De biomassatoename van E. fetida bleek afhankelijk te zijn van de populatiedichtheid en het
voedseltype tijdens vermicompostering [31, 32]. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond
dat een enkele regenworm meer biomassa kan produceren dan wormen die in groepen worden
gekweekt. Sommige onderzoeken meldden een afname van de biomassa van wormen in
sommige gevallen bij wormen die continu van voedsel werden voorzien [33, 34]. De fysisch-
chemische of nutriënteneigenschappen van het afval kunnen dus gerelateerd zijn aan de
temperatuur, pH en vochtgehalte en aan de groei van de regenworm. De interactie tussen de
smakelijkheid van deze fysisch-chemische organische afvalstoffen en de voedingskracht van
de regenworm is direct gerelateerd aan de interactie van deze parameters en beïnvloedt daardoor
de groei en voortplanting van de regenworm.
31